Add parallel Print Page Options

Ook kwamen allerlei mensen die in moeilijkheden zaten naar hem toe. Ze hadden bijvoorbeeld schulden gemaakt, of waren voor iemand op de vlucht. Zo bleven er ongeveer 400 mannen bij hem. En hij werd hun aanvoerder.

Van daar ging David naar Mizpa in Moab. Hij vroeg aan de koning van Moab: "Mogen mijn ouders in uw land wonen totdat ik weet wat God met mij van plan is?" Hij mocht hen bij de koning van Moab brengen. Daar bleven ze wonen zolang David in de bergen verborgen zat.[a]

Read full chapter

Footnotes

  1. 1 Samuël 22:4 De koning van Moab was verre familie van David, doordat de moeder van zijn overgrootmoeder, Ruth, uit Moab kwam.