Add parallel Print Page Options

24 Ze boog zich diep en zei: "Het is mijn schuld, heer. Wilt u alstublieft even naar me luisteren. 25 Let toch niet op die man van niets, op Nabal. Want zijn naam zegt wat hij is: hij heet Nabal (= dwaas) en hij is ook een dwaas. Maar ik wist er niets van dat u mannen gestuurd had. 26 Nu dan, mijn heer, ik zweer bij de Heer en bij u dat het met uw vijanden net zo slecht mag aflopen als met Nabal. De Heer heeft u tegengehouden om zelf wraak te nemen.

Read full chapter