Daniël 11:31-33
BasisBijbel
31 Hij zal een leger naar Jeruzalem sturen. Dat zal het heiligdom en de burchten verwoesten. Hij zal ervoor zorgen dat de dagelijkse offers niet meer worden gebracht. Ze zullen een afgodsbeeld neerzetten dat vernietiging brengt.[a]
32 En de mensen die zich niet aan hun verbond met God houden, zullen doen alsof dat niet zo is. Daardoor bederven ze het verbond. Maar de mensen die hun God werkelijk kennen, zullen sterk zijn. Zij zullen standhouden. 33 Wijze mensen van het volk zullen veel andere mensen leren hoe ze moeten leven zoals God het wil. In die tijd zullen ze vervolgd worden. Ze worden gedood, verbrand, gevangen genomen, beroofd.
Read full chapterFootnotes
- Daniël 11:31 Vanaf hoofdstuk 11 vers 32 passen de gebeurtenissen niet langer op dat wat er al in de oude geschiedenis is gebeurd. Het gaat daar dus over dingen die veel later gaan gebeuren. En een deel daarvan pas aan het eind van de tijd. Vers 31 is als het ware het 'keerpunt'. Wat daar beschreven wordt, is ver vóór Jezus' tijd gedaan door koning Antiochus IV, maar gaat óók over iets wat nog in de toekomst gaat gebeuren. Dat blijkt uit Matteüs 24:15. Daar zegt Jezus van dit vers dat het gaat over iets in de toekomst.
© stichting BasisBijbel 2013 Gecorrigeerde tekst © 2015 Alle rechten voorbehouden Uitgegeven bij de ZakBijbelBond: 2016