Add parallel Print Page Options

11 Doe hetzelfde met het wasvat en zijn voetstuk, zodat ook dat heilig wordt.

12 Breng Aäron en zijn zonen bij de ingang van de tabernakel en was hen met water. 13 Geef Aäron de heilige kleren aan, zalf en heilig hem, zodat hij voor Mij het priesterambt kan uitoefenen.

Read full chapter