Add parallel Print Page Options

28 Dan zal mijn volk weten dat Ik de Here, hun God, verantwoordelijk ben voor hun ballingschap en ook verantwoordelijk voor hun terugkeer uit die ballingschap. Geen van hen zal Ik in vreemde landen achterlaten. 29 En Ik zal mijn gezicht nooit meer voor hen verbergen, want Ik zal mijn Geest over hen uitstorten,” zegt de Oppermachtige Here.’

Read full chapter