Add parallel Print Page Options

Juda en Tamar

12 Na lange tijd stierf Juda's vrouw. Toen hij niet meer over haar treurde, ging hij met zijn vriend Hira naar Timna. Daar waren zijn mannen zijn schapen aan het scheren. 13 De mensen vertelden Tamar: "De vader van je man is naar Timna gegaan om zijn schapen te scheren." 14 Toen deed ze de kleren uit die ze als weduwe droeg, trok andere kleren aan en deed een sluier voor haar gezicht. Zo vermomd ging ze bij de poort van Enaïm zitten. Enaïm ligt langs de weg naar Timna. Want ze had gezien dat Sela volwassen was geworden, maar Juda had hem niet met haar laten trouwen.

Read full chapter