Add parallel Print Page Options

14 De zonen van je vijanden zullen nederig naar je toe komen. Al je vijanden zullen zich voor je voeten op de grond laten vallen. Ze zullen je noemen: 'Stad van de Heer, het Jeruzalem van de Heilige God van Israël.' 15 Vroeger was je verlaten en gehaat. Niemand wilde binnen je muren komen. Maar dan zal Ik je tot mijn sieraad maken. Door alle eeuwen heen zullen de mensen blij met je zijn. 16 De volken zullen je voedsel brengen, zoals een moeder haar kind voedt. Je zal koninklijk voedsel krijgen. Je zal weten dat Ik de Heer, je Redder ben, je Bevrijder, de Machtige God van Jakob.

Read full chapter