Add parallel Print Page Options

28 Hij heeft het gejammer gehoord
van de arme mensen die slecht door hen behandeld werden.
Hij heeft hun tranen gezien.
29 Als Hij rust brengt, wie zal die rust dan kunnen verstoren?
En als Hij een mens of een heel volk niet meer wil helpen,
wie zal daar dan iets aan veranderen?
30 Hij wil niet dat een slecht mens koning is.
Hij wil niet dat iemand die het volk vernietigt aan de macht is.

Read full chapter