Add parallel Print Page Options

34 De Levieten mogen de grond rond hun steden niet verkopen, want dat is hun blijvend eigendom en mag aan niemand anders toebehoren.

35 Als uw broeder verarmt, bent u verplicht hem te helpen, nodig hem uit als gast onder uw dak. Ongeacht of hij Israëliet of buitenlander is. 36 Vrees uw God en laat uw broeder bij u wonen en bereken geen rente over het geld dat u hem leent.

Read full chapter