Add parallel Print Page Options

21 Hij moet het meel met olijf-olie mengen en er in een pan een brood van bakken. Dat brood moet hij in stukken breken en aan Mij offeren. Als hij het zó doet, ben Ik blij met het offer. 22 Elke priester die ná hem tot hogepriester gezalfd zal worden, moet dat zo doen. Het is een eeuwige wet. Het hele meel-offer moet voor Mij verbrand worden. 23 Elk meel-offer van een hogepriester moet helemaal verbrand worden. Er mag niets van worden opgegeten."

Read full chapter