Add parallel Print Page Options

11 Josia kreeg zonen: Joahaz en zijn broers, toen de bewoners van het koninkrijk Juda gevangen meegenomen werden naar het land Babylonië.[a]

12 Nadat ze gevangen meegenomen waren naar Babylonië, kreeg Joahaz een zoon: Sealtiël. Sealtiël kreeg een zoon: Zerubbabel.[b] 13 Zerubbabel kreeg een zoon: Abiud. Abiud kreeg een zoon: Eljakim. Eljakim kreeg een zoon: Azor.

Read full chapter

Footnotes

  1. Mattheüs 1:11 Al deze mannen waren koningen van het koninkrijk Juda. Dat was in de tijd dat het land Israël verdeeld was geraakt in twee koninkrijken. Het zuidelijke koninkrijk was Juda. Daar regeerden koningen uit de familie van David. Het noordelijke koninkrijk was Israël. Daar regeerden mannen die geen familie van koning David waren.
  2. Mattheüs 1:12 Onder leiding van Zerubbabel ging een deel van de Joden uit Babylonië terug naar Juda. Lees Ezra 1 tot Ezra 2:2.