Add parallel Print Page Options

29 Daarnaast werkte Zadok, de zoon van Immer, tegenover zijn eigen huis. Naast hem werkte Semaja, de zoon van Sechanja, de bewaker van de Oostpoort. 30 Verderop herstelden Hananja, de zoon van Selemja, en Hanun, de zesde zoon van Zalaf, het volgende stuk. Daarnaast werkte Mesullam, de zoon van Berechja, tegenover zijn eigen kamer. 31 Daarnaast werkte de goudsmid Malchia. Hij herstelde het stuk muur tot aan het huis van de tempelknechten en handelaren, tegenover de Wachtpoort en de bovenzaal op de hoek.

Read full chapter