Add parallel Print Page Options

27 Hij zei tegen zijn zonen: ‘Zadel mijn ezels.’ En dat deden zij. 28 Hij vond het lichaam van de profeet op de weg en de leeuw en de ezel stonden er nog steeds bij. Bovendien had de leeuw het lichaam niet opgegeten en de ezel niet aangevallen. 29 De profeet legde het lichaam op de ezel en nam het mee terug naar de stad om te rouwen en het te begraven.

Read full chapter