Add parallel Print Page Options

37 Zo maakte hij de tien onderstellen. Ze waren allemaal uit één vorm gegoten, hadden dezelfde maat en zagen er hetzelfde uit.

38 Verder maakte hij tien koperen waterschalen.[a] In elke schaal kon 40 bat (880 liter) water. Elke schaal was 4 el (1,80 m) groot. Op elk onderstel kwam zo'n schaal. 39 Hij zette vijf van de onderstellen neer aan de rechterkant van de tempel en vijf aan de linkerkant. De hele grote schaal zette hij (als je aan de oostkant naar buiten komt) rechts van de tempel. Dat is dus aan de zuidkant van het plein.

Read full chapter

Footnotes

  1. 1 Koningen 7:38 In die schalen moesten de stukken offervlees afgespoeld worden. Lees 2 Kronieken 4:6.