Add parallel Print Page Options

Ze gaven 5000 talenten (150.000 kilo) goud, 10.000 goudstukken, 10.000 talenten (300.000 kilo) zilver, 18.000 talenten (540.000 kilo) koper en 100.000 talenten (3 miljoen kilo) ijzer.[a] Ook gaf een aantal mannen de edelstenen weg die ze bij zich hadden, voor de tempelschat. Ze gaven ze aan Jehiël, uit de familie van Gerson. De mensen gaven heel gul, want ze gaven het graag aan de Heer. Het hele volk was daar blij over.

Ook koning David was er erg blij mee.

Read full chapter

Footnotes

  1. 1 Kronieken 29:7 Waarschijnlijk moeten deze hoeveelheden niet letterlijk worden genomen, maar hebben ze de betekenis 'ontzettend veel.'