Add parallel Print Page Options

In deze lijst zijn de zonen van zijn bijvrouwen[a] niet opgenoemd. Hij kreeg ook een dochter: Tamar.

10 De zoon van Salomo was Rehabeam. Zijn zoon was Abiam. Zijn zoon was Asa. Zijn zoon was Josafat. 11 Zijn zoon was Joram. Zijn zoon was Ahazia. Zijn zoon was Joas.

Read full chapter

Footnotes

  1. 1 Kronieken 3:9 Voor een bijvrouw was geen bruidsprijs betaald. Vaak was ze een slavin.