Add parallel Print Page Options

16 Ze woonden in Gilead, Basan en de gebieden die daarbij hoorden, en op alle graslanden van Saron. 17 Hun namen werden op de namenlijst opgeschreven in de tijd dat Jotam koning van Juda was en Jerobeam koning van Israël.

18 Bij de stammen van Ruben en Gad en de helft van de stam Manasse, waren 44.760 mannen die met het leger konden meegaan. Ze waren goed getraind met zwaard en schild en met pijl en boog.

Read full chapter