Font Size
1 Timotheüs 1:1-3
BasisBijbel
1 Timotheüs 1:1-3
BasisBijbel
Inleiding
1 Paulus schrijft deze brief aan Timoteüs. Ik, Paulus, ben een boodschapper van Jezus Christus.[a] Ik heb die taak gekregen van God die onze Redder is, en van Jezus Christus die onze Zekerheid is. 2 Jij, Timoteüs, bent een echte zoon in het geloof van mij.[b] Ik bid dat God de Vader in alles goed voor je zal zijn. En dat je vol zal zijn van de vrede van God de Vader en van Jezus Christus.
Waarschuwing tegen mensen die de gelovigen verkeerde dingen willen leren
3 Doe wat ik je heb aangeraden toen ik naar Macedonië vertrok: blijf nog een poosje in Efeze. Want je moet een aantal mensen duidelijk zeggen dat ze de mensen niets anders mogen leren dan wat wij hen geleerd hebben.
Read full chapterFootnotes
- 1 Timotheüs 1:1 'Christus' is niet Jezus' achternaam! Het woord 'Christus' is Grieks en betekent 'Gezalfde'. (Het Nieuwe Testament is in het Grieks geschreven). 'De gezalfde' is in de Joodse Boeken de man die speciaal door God met zijn Geest is gevuld ('gezalfd') om Israël te redden. In het Hebreeuws, de taal waarin het Oude Testament is geschreven, werd hij de 'Messias' genoemd, wat hetzelfde betekent.
- 1 Timotheüs 1:2 Timoteüs was niet echt een zoon van Paulus. Paulus bedoelt dat hij Timoteüs in het geloof heeft opgevoed. Vandaar: 'een zoon in het geloof'.
BasisBijbel (BB)
© stichting BasisBijbel 2013 Gecorrigeerde tekst © 2015 Alle rechten voorbehouden Uitgegeven bij de ZakBijbelBond: 2016