Add parallel Print Page Options

19 Ook liet koning Josia alle tempels in de steden van Samaria afbreken. Die waren ook door de koningen van Israël gemaakt. Daarmee hadden ze de Heer erg kwaad gemaakt. Hij deed daar hetzelfde als hij in Bet-El had gedaan. 20 Hij doodde alle priesters van de afgoden op hun altaren. Daarna verbrandde hij hun botten op de altaren om de altaren onrein te maken. Toen ging hij naar Jeruzalem terug.

Koning Josia laat het Paasfeest vieren

21 De koning beval het hele volk. "Ga nu voor jullie Heer God het Paasfeest vieren. Doe dat op de manier die staat in het boek van het verbond."

Read full chapter