Add parallel Print Page Options

12 Maar ze riepen: "Je liegt! Vertel ons wat hij heeft gezegd!" Toen zei hij: "Hij zei tegen me dat de Heer me zalft tot koning van Israël!" 13 De aanvoerders pakten snel hun mantels en spreidden die voor zijn voeten uit op de treden van de trap. Ze bliezen op de ramshoorn en riepen: "Jehu is koning geworden!"

14+15 In die tijd had koning Joram van Israël de stad Ramot in Gilead terug veroverd op koning Hazaël van Aram. Maar hij was gewond geraakt. Daarom was hij teruggegaan naar Jizreël om te herstellen van zijn verwondingen. Jehu zei tegen zijn mannen: "Als jullie er zo over denken, zorg er dan voor dat niemand uit deze stad vertrekt om in Jizreël te gaan vertellen wat hier is gebeurd." Zo smeedde Jehu een samenzwering tegen koning Joram van Israël.

Read full chapter