Font Size
2 Koningen 9:32-34
Het Boek
2 Koningen 9:32-34
Het Boek
32 Hij keek omhoog, zag haar bij het raam en schreeuwde: ‘Is er hier iemand die aan mijn kant staat?’ Twee of drie hovelingen keken hem aan. 33 ‘Gooi haar naar beneden!’ riep hij. De hovelingen gooiden haar uit het raam, zodat haar bloed tegen de muur en de paarden opspatte. Jehu reed nog eens met zijn paard en wagen over haar heen. 34 Daarna ging hij het paleis in om iets te eten en te drinken. Hij zei: ‘Laat iemand deze vervloekte vrouw begraven, want zij is tenslotte een koningsdochter.’
Read full chapter
Het Boek (HTB)
Het Boek Copyright © 1979, 1988, 2007 by Biblica, Inc.®
Used by permission. All rights reserved worldwide.