Add parallel Print Page Options

21 Zo gebeurde wat de Heer door zijn profeet Jeremia al had gezegd.[a] Het land zou 70 jaar lang niet bewerkt worden, maar rust krijgen en een wildernis worden.[b] Zo kreeg het land zijn rustjaren vergoed. Het land rustte, totdat de 70 jaren om waren.

22 Maar in het eerste jaar dat Kores, de koning van Perzië, over Juda regeerde,[c] zorgde de Heer ervoor dat koning Kores het volgende bevel gaf en ook liet opschrijven. (De Heer had al van tevoren door de profeet Jeremia gezegd dat dit zou gebeuren.[d]) 23 Dit bevel was: "Dit zegt koning Kores van Perzië: de God van de hemel heeft alle koninkrijken van de aarde aan mij gegeven. Hij heeft mij bevolen voor Hem een tempel te bouwen in Jeruzalem, in Juda. Iedereen die bij zijn volk hoort, mag naar Juda gaan, met de zegen van zijn God."[e]

Read full chapter

Footnotes

  1. 2 Kronieken 36:21 Lees Jeremia 25:11 en 12.
  2. 2 Kronieken 36:21 Zo zou het land de rustjaren vergoed krijgen die het land volgens de wet van God had moeten krijgen, maar die het niet gekregen had. Lees Leviticus 25:1-7 en Leviticus 26:33-35. Elk zevende jaar had een heilig rustjaar moeten zijn. Maar daar had niemand zich aan gehouden.
  3. 2 Kronieken 36:22 Hij was toen al 10 jaar koning van Perzië, maar pas sinds één jaar hoorde ook Juda tot zijn rijk. Babel had Juda veroverd, maar Babel was op zijn beurt veroverd door Perzië. Daardoor hoorde Juda toen ook bij het rijk van Perzië.
  4. 2 Kronieken 36:22 Lees Jeremia 25:12.
  5. 2 Kronieken 36:23 Hierover is te lezen in het bijbelboek EZRA.