Add parallel Print Page Options

Hij antwoordde: "Ik was toevallig in de bergen van Gilboa. Saul leunde op zijn speer. De wagens en ruiters van de vijand waren al vlakbij. Toen hij zich omdraaide, zag hij mij en riep mij. Ik zei: 'Hier ben ik.' Hij vroeg mij: 'Wie ben je?' Ik zei: 'Ik ben een Amalekiet.'

Read full chapter