Add parallel Print Page Options

Abner werd woedend en zei: "Denkt u soms dat ik een smerige hond ben die stiekem aan de kant van Juda staat? Ik ben altijd trouw geweest aan u, uw vader Saul, zijn broers en zijn vrienden. Ik heb ervoor gezorgd dat u niet in de handen van David bent gevallen! En nu bent u kwaad over iets met een vrouw? Ik zweer bij God dat ik ervoor zal zorgen dat wat de Heer aan David heeft gezworen, werkelijkheid wordt. 10 Hij heeft gezworen dat Hij het koningschap zal afnemen van de familie van Saul en dat Hij het aan David zal geven. Hij zal David tot koning maken over heel Israël en Juda, vanaf Dan in het noorden tot Berseba in het zuiden. En ik zal ervoor zorgen dat dat ook gebeurt!"

Read full chapter