Add parallel Print Page Options

Davids gebed

18 Toen ging koning David de tent binnen. Hij knielde neer voor de Heer en zei: "Heer, U heeft zóveel voor mij gedaan! Mijn familie en ik hebben dat helemaal niet verdiend! 19 En U vond dit nog niet eens genoeg, Heer. Daarom heeft U tegen mij ook gesproken over de verre toekomst. En wat U zegt, gebeurt. 20 Wat kan ik nog tegen U zeggen? U kent mij, Heer.

Read full chapter