2 Corinthiërs 5:11-6:1
BasisBijbel
Paulus doet alles vanuit de liefde van God
11 Omdat we diep ontzag voor God hebben, proberen we de mensen te laten zien dat ze in Jezus moeten gaan geloven. God weet dat dit mijn enige doel is, en ik hoop dat jullie dat ook weten. 12 Ik zeg dit niet om bij jullie over onszelf op te scheppen. Maar we willen dat júllie trots op ons kunnen zijn. Dan kunnen jullie over ons opscheppen bij de mensen die zo graag geweldig gevonden willen worden, maar die van binnen, in hun hart, helemaal niet zo geweldig zijn.
13 Als we zo vol van de Geest zijn dat we dingen doen die de mensen vreemd vinden, dan doen we dat voor God. En als we gewoon zijn, dan zijn we dat voor jullie. Het gaat dus nooit om onszelf. 14 Want alles wat we doen, doen we vanuit de liefde van Christus. 15 Want we hebben begrepen dat één Mens is gestorven voor alle mensen. Dat betekent dat in Hem eigenlijk iedereen dood is. Hij stierf voor iedereen, met de bedoeling dat de mensen niet meer voor zichzelf zouden leven. De bedoeling is dat ze zullen leven voor Jezus, die in hun plaats is gestorven en die door God weer levend is gemaakt.
Door het geloof worden we nieuwe mensen
16 Daarom moeten we dus niemand meer beoordelen naar wat we aan de buitenkant van hem zien. (Ik had vroeger ook mijn eigen mening over Christus. Maar ik weet nu dat ik Hem verkeerd had beoordeeld). 17 Want ieder mens die één geworden is met Christus, is door God helemaal nieuw gemaakt. De oude mens is verdwenen. Er is een hele nieuwe mens ontstaan. 18 En dat is Gods werk. Hij heeft door Jezus Christus de mensen vergeving gegeven. En Hij heeft ons de taak gegeven ervoor te zorgen dat de mensen dat weten. 19 God heeft door Christus de mensen vergeven dat ze ongehoorzaam aan Hem waren. Nu zijn ze vrijgesproken van schuld. En Hij heeft ons de taak gegeven om dit aan de mensen te vertellen. Want daardoor kunnen ze vrienden van God worden.
20 We zijn dus door Christus gestuurd. Zo moedigt God jullie als het ware Zelf aan, door ons heen. Dus namens Hem smeken we jullie: zorg ervoor dat jullie vrienden van God worden! 21 God heeft alle ongehoorzaamheid van alle mensen op Jezus gelegd. Aan het kruis droeg Jezus ónze straf. Maar Hij is Zelf nooit ongehoorzaam aan God geweest. Zo kon Hij ons bevrijden van onze ongehoorzaamheid en daarmee ook van Gods straf. (lees verder)
Door het geloof worden we nieuwe mensen (vervolg)
6 Maar als medewerkers van God smeken we jullie ook het volgende: zorg ervoor dat God niet voor niets zo goed voor jullie is geweest! Jullie moeten er ook iets mee doen!
2 Corinthians 5:11-6:1
New International Version
The Ministry of Reconciliation
11 Since, then, we know what it is to fear the Lord,(A) we try to persuade others. What we are is plain to God, and I hope it is also plain to your conscience.(B) 12 We are not trying to commend ourselves to you again,(C) but are giving you an opportunity to take pride in us,(D) so that you can answer those who take pride in what is seen rather than in what is in the heart. 13 If we are “out of our mind,”(E) as some say, it is for God; if we are in our right mind, it is for you. 14 For Christ’s love compels us, because we are convinced that one died for all, and therefore all died.(F) 15 And he died for all, that those who live should no longer live for themselves(G) but for him who died for them(H) and was raised again.
16 So from now on we regard no one from a worldly(I) point of view. Though we once regarded Christ in this way, we do so no longer. 17 Therefore, if anyone is in Christ,(J) the new creation(K) has come:[a] The old has gone, the new is here!(L) 18 All this is from God,(M) who reconciled us to himself through Christ(N) and gave us the ministry of reconciliation: 19 that God was reconciling the world to himself in Christ, not counting people’s sins against them.(O) And he has committed to us the message of reconciliation. 20 We are therefore Christ’s ambassadors,(P) as though God were making his appeal through us.(Q) We implore you on Christ’s behalf: Be reconciled to God.(R) 21 God made him who had no sin(S) to be sin[b] for us, so that in him we might become the righteousness of God.(T)
6 As God’s co-workers(U) we urge you not to receive God’s grace in vain.(V)
Footnotes
- 2 Corinthians 5:17 Or Christ, that person is a new creation.
- 2 Corinthians 5:21 Or be a sin offering
© stichting BasisBijbel 2013 Gecorrigeerde tekst © 2015 Alle rechten voorbehouden Uitgegeven bij de ZakBijbelBond: 2016
Holy Bible, New International Version®, NIV® Copyright ©1973, 1978, 1984, 2011 by Biblica, Inc.® Used by permission. All rights reserved worldwide.
NIV Reverse Interlinear Bible: English to Hebrew and English to Greek. Copyright © 2019 by Zondervan.