Add parallel Print Page Options

11 Jullie moeten het haastig eten. Sta onder het eten klaar om te vertrekken, met je schoenen aan en een staf in je hand. Het is het Paasoffer ('Pascha' = 'voorbijgaan') voor de Heer. 12 Want Ik zal vannacht door Egypte gaan en alle oudste zonen en alle eerstgeboren dieren doden. Ik zal alle goden van Egypte straffen. Ik ben de Heer. 13 Het bloed aan jullie huizen is een teken. Als Ik bloed aan een huis zie, zal Ik dat huis voorbijgaan. Zo zal er bij jullie niemand sterven als Ik Egypte straf.

Read full chapter