Add parallel Print Page Options

44 De tent van ontmoeting en het altaar zijn van Mij. En Aäron en zijn zonen zijn ook van Mij: zij zijn mijn priesters. 45 Ik zal bij de Israëlieten wonen en Ik zal hun God zijn. 46 En ze zullen toegeven dat Ik hun Heer en God ben, die hen uit Egypte heeft gehaald omdat Ik bij hen wilde wonen. Ik ben hun Heer God.

Read full chapter