Add parallel Print Page Options

16 De wielen glansden als een turkoois en hadden allemaal dezelfde vorm. Elk wiel bevatte een tweede wiel, dat kruiselings op het grote wiel stond. 17 Zij konden in alle richtingen bewegen zonder van stand te veranderen. 18 De vier wielen hadden prachtige indrukwekkende velgen en de randen van de velgen waren bezet met ogen.

Read full chapter