Add parallel Print Page Options

11 Toen meette de man de deur van de poort. De deur was 10 el breed (5,3 m). De ruimte van de ene kamer tot de kamer er tegenover was 13 el (6,89 m). 12 Vóór de kamers was links en rechts een muurtje van 1 el (53 cm) hoog. Alle kamers waren vierkant: 6 el (3,18 m) breed en 6 el lang.

13 Daarna meette de man langs het dak de breedte van de poort, vanaf de achterwand van de kamers links tot aan de achterwand van de kamers rechts. Dat was 25 el (13,25 m). De ingangen van de kamers lagen recht tegenover elkaar.

Read full chapter