Add parallel Print Page Options

U hield de boog al gespannen.
U hield Zich aan uw beloften die U aan de stammen had gedaan.
U heeft de rivieren van de aarde in tweeën gespleten.
10 Toen de bergen U zagen, schudden zij.
De afgrond bulderde en de golven rezen hoog op.
11 De zon en de maan stonden stil.
Snel als het licht flitsten uw pijlen, bliksemde uw speer.

Read full chapter