Add parallel Print Page Options

God redt Jeremia en Ebed-Melech

11 Koning Nebukadnezar had tegen Nebuzaradan gezegd 12 dat hij voor mij moest zorgen. Hij had gezegd: "Zorg voor Jeremia en doe hem geen kwaad. Geef hem alles waar hij om vraagt." 13 Nebuzaradan liet mij daarom door de Rabsaris Nebusazban, de Rabmag Nergalsarezer en nog een paar aanvoerders uit de gevangenis op de binnenplaats van het paleis halen.

Read full chapter