Add parallel Print Page Options

32 Hun kamelen en hun grote kudden vee zullen worden meegenomen als buit. En het volk dat de hoeken van zijn haar afscheert, zal Ik naar alle windrichtingen wegjagen. Van alle kanten zullen ze aangevallen worden, zegt de Heer. 33 En Hazor zal voor eeuwig verwoest worden. Er zal geen mens meer wonen. Alleen jakhalzen leven er nog."

Gods woorden over Elam

34 Dit is wat de Heer tegen mij zei over Elam,[a] toen Zedekia nog maar pas koning van Juda was.

Read full chapter

Footnotes

  1. Jeremia 49:34 Elam lag in het Oosten, aan de andere kant van de rivier de Tigris. Later werd het een provincie van het rijk van Medië en Perzië.