Add parallel Print Page Options

13 Zijn pijlen raken me van alle kanten.
Zonder medelijden schiet Hij ze op mij af.
Mijn leven stroomt uit mij weg.
14 Zoals een sterke krijger een stad bestormt,
zo bestormt Hij mij en beukt op me in.

15 Ik heb rouwkleren aangetrokken.
Ik heb geen kracht meer over.

Read full chapter