Add parallel Print Page Options

13 Toen de Israëlieten later echter sterk genoeg waren geworden, dwongen zij de Kanaänieten tot slavenarbeid.

14 De twee stammen van Jozef gingen naar Jozua en vroegen: ‘Waarom hebt u ons slechts één stuk land toegewezen, terwijl de Here ons zoʼn grote bevolking heeft gegeven?’ 15 ‘Als het heuvelgebied van Efraïm niet groot genoeg voor u is,’ antwoordde Jozua, ‘kap dan open plekken in het bos waar de Perizzieten en Refaïeten wonen.’

Read full chapter