Add parallel Print Page Options

14 Je profeten hebben tegen je gelogen.
Ze hebben je niet gezegd dat je ongehoorzaam was.
Ze hebben niets gedaan om te voorkomen dat het zó met je zou aflopen.
Ze hebben je met hun leugens bedrogen.

15 Mensen die voorbij komen, slaan geschokt de handen in elkaar.
Ze fluiten tussen hun tanden en schudden hun hoofd. 'Is dit de stad die zo geprezen werd om haar schoonheid?
Is dit de mooiste stad van de wereld?'
16 Al je vijanden lachen je uit.
Ze fluiten naar je en sissen tegen je: 'We hebben Jeruzalem vernietigd!
Hier hebben we zo lang op gehoopt!
En nu is het dan zo ver!'

Read full chapter