Add parallel Print Page Options

10 Ze kochten daarmee de akker van de pottenbakker. Dit moest ik zeggen van de Heer God.'[a]

Jezus bij Pilatus

11 Toen werd Jezus naar stadhouder Pilatus gebracht. Pilatus ondervroeg Hem: "Ben Jij de koning van de Joden?"[b] Jezus zei: "U zegt het zelf." 12 De leiders van de priesters en de leiders van het volk vertelden waar ze Hem van beschuldigden. Maar Jezus antwoordde niets.

Read full chapter

Footnotes

  1. Mattheüs 27:10 Lees ook Zacharia 11:12 en 13.
  2. Mattheüs 27:11 Voor verschil van mening over de Joodse godsdienst zou Pilatus Jezus niet laten doden. Maar wel als Jezus zou zeggen dat Hij een koning van de Joden was. Dat zou rebellie tegen de Romeinse keizer zijn. Daarom is dat de beschuldiging waarmee de Joden bij Pilatus komen.