Add parallel Print Page Options

33 Dat waren Azarja, Ezra en Mesullam, 34 Juda, Benjamin, Semaja en Jeremia. 35 Dan de priesters met de trompetten. Allereerst Zacharia, de zoon van Jonatan, die een zoon was van Semaja, die een zoon was van Mattanja, die een zoon was van Michaja, die een zoon was van Zakkur, die een zoon was van Asaf.

Read full chapter