Add parallel Print Page Options

Koning Balak van Moab, de zoon van Zippor, zag wat Israël met de Amorieten had gedaan. Daarom waren hij en zijn volk erg bang voor het volk Israël. Vooral omdat het zo groot was. Toen overlegde Balak met de leiders van Midian. Hij zei: "Die mensenmassa van Israël zal ons hele land kaalvreten, zoals een koe het gras van het veld afvreet!"

Read full chapter