Add parallel Print Page Options

U bent goed voor mij.
Bij U ben ik zo veilig als in een burcht of in een toren.
U bent mijn redder.
U beschermt mij als een schild.
U laat mij heersen over mijn volk.

Heer, wat is een mens nu eigenlijk, dat U om hem geeft?
Waarom zorgt U voor hem?
De mens is maar één zucht.
Zijn leven is als een schaduw die voorbij glijdt.

Read full chapter