Add parallel Print Page Options

11 Ze zijn overal om mij heen, waar ik ook ga.
Ze willen me vernietigen.
12 Ze liggen als een leeuw op de loer,
wachtend op hun prooi, klaar voor de sprong.

13 Kom, Heer! Ga op hen af, sla hen neer!
Red mij met uw zwaard van mijn vijanden.

Read full chapter