1 Koningen 7:21
Print
Hij zette de pilaren neer bij de voorzaal. De pilaar aan de rechterkant noemde hij Jachin (= 'vastzetten'). De pilaar aan de linkerkant noemde hij Boaz (= 'kracht').
Bovenop de pilaren bevestigde hij twee lelievormige, gegoten koperen kapitelen. Elk kapiteel was 2,25 meter hoog en 2 meter lang en werd versierd met zeven gevlochten slingers van koper, met daarop twee rijen van in totaal vierhonderd granaatappels. Hiram plaatste deze pilaren bij de ingang van de grote hal van de tempel. De zuidelijke werd de pilaar van Jachin en de noordelijke de pilaar van Boaz genoemd.
BasisBijbel (BB) © stichting BasisBijbel 2013 Gecorrigeerde tekst © 2015 Alle rechten voorbehouden Uitgegeven bij de ZakBijbelBond: 2016; Het Boek (HTB) Het Boek Copyright © 1979, 1988, 2007 by Biblica, Inc.® Used by permission. All rights reserved worldwide.