Verder zei Saul: "Laten we vannacht de Filistijnen achtervolgen. Dan plunderen we hen de hele nacht en laten niemand van hen in leven." Zijn mannen antwoordden: "Doe wat u wil." Maar de priester zei: "Laten we het eerst aan God vragen."
Daarna zei hij: ‘Laten wij de Filistijnen de hele nacht blijven achtervolgen om ook de laatsten te vernietigen.’ ‘Prachtig,’ vonden zijn mannen. ‘Doe wat u het beste lijkt.’ Maar de priester zei: ‘Laten wij eerst vragen wat God daarvan vindt.’