Saul waarschuwde de Kenieten die in Amalek woonden: "Vertrek uit Amalek, zodat jullie niet samen met hen worden gedood. Want jullie zijn goed geweest voor de Israëlieten toen zij uit Egypte kwamen." Toen vertrokken de Kenieten uit Amalek.
Saul stuurde een boodschap naar de Kenieten met de waarschuwing dat zij de Amalekieten moesten verlaten, als zij niet ook vernietigd wilden worden. ‘Want u was vriendelijk voor de Israëlieten toen zij uit het land Egypte kwamen,’ liet hij hun weten. Daarom pakten de Kenieten hun bezittingen bij elkaar en verlieten het land van de Amalekieten.