Maar de Heer wilde de familie van David niet vernietigen, omdat Hij met David een verbond had gesloten. Hij had David beloofd dat altijd één van zijn zonen koning zou zijn.
De Here wilde echter geen einde maken aan het koningshuis van David, want Hij had tenslotte een verbond gesloten met David, waarbij Hij had beloofd dat altijd een van zijn nakomelingen op de troon zou zitten.