Maar na de dood van de priester Jojada kwamen de leiders van Juda naar koning Joas en bogen zich voor hem neer. En de koning deed voortaan altijd alles wat zij zeiden.
Maar na de dood van Jojada kwamen de leiders van Juda bij koning Joas om hem te eren en zij verleidden hem ertoe de tempel van de God van hun voorouders de rug toe te keren en in plaats daarvan schandelijke afgodsbeelden te gaan vereren. Daarom richtte de toorn van God zich opnieuw op Juda en Jeruzalem, vanwege de schuld die zij op zich hadden geladen.