U woonde in Eden, de tuin van God. U was helemaal bedekt met allerlei edelstenen: sardis, topaas, diamant, turkoois, sardonyx, jaspis, saffier, robijn, smaragd. Al die stenen waren met gouden zettingen op u vastgezet. Op de dag dat u gemaakt werd, werden ze voor u gemaakt.
U was in Eden, de tuin van God, uw kleding was bezaaid met waardevolle stenen: robijn, topaas, jaspis, kristal, onyx, turkoois, saffier, hematiet en smaragd, alle in prachtige zettingen van zuiver goud. Op de dag dat u werd geschapen, werden ze al voor u klaargelegd.