Ze zullen niet langer een prooi van de andere volken zijn. De wilde dieren zullen hen niet langer opeten. Maar ze zullen veilig wonen, zonder dat iemand hen opschrikt.
Andere volken zullen hen niet meer leegplunderen en de wilde dieren zullen hen niet meer aanvallen. Zij zullen in veiligheid leven en niemand zal hun nog angst aanjagen.