Daarna liep de man door de voorzaal naar de achterzaal. De pilaar bij de ingang was 2 el (1,06 m) dik. De ingang was 6 el (3,18 m) breed en de muren aan beide kanten van de ingang waren 7 el (3,71 m).
Toen ging hij de kamer aan het einde van de centrale ruimte binnen en mat de pilaren die daar bij de ingang stonden. Deze waren 90 centimeter dik en de toegang was 2,70 meter breed met een gang van 3,15 meter diep erachter.