Ik ging naar binnen. Daar zag ik allerlei afbeeldingen van walgelijke afgoden: allerlei kruipende dieren en andere walgelijke beesten. Overal in het rond had het volk Israël afbeeldingen van afgoden op de muren gemaakt.
Ik ging naar binnen. De muren waren versierd met afbeeldingen van allerlei slangen, hagedissen en andere weerzinwekkende dieren. Ook waren er afbeeldingen van alle afgoden die de Israëlieten vereerden.